Een lesgroepje bestaat uit maximaal 7 kinderen. Zo krijgt elk kind de individuele aandacht die het nodig heeft. Want: niet de groep, maar het kind staat centraal. Er wordt gekeken naar wat het kind kan en waar het zich prettig bij voelt. De lesmethodes worden daarop aangepast. Het kan dus best zijn dat alle 6 de kinderen in een groepje met wat anders bezig zijn.
Verschillende niveaus (A, B en C) zwemmen door elkaar. Kinderen leren namelijk ook van andere kinderen. Als je sneller leert, ga je niet naar een volgend groepje, maar blijf je gewoon in je eigen groepje. Kinderen die wat minder snel leren, zien op deze manier niet iedereen vertrekken terwijl ze zelf achter moeten blijven. Door deze manier van les geven, ontstaat er zelfvertrouwen en wordt de lestijd optimaal benut.
Zwemoefeningen worden afgewisseld met spelletjes en opdrachten. We gebruiken hierbij veel spelmaterialen. De zwemles blijft zo afwisselend en de kinderen leren gegarandeerd zwemmen met plezier. Op hun eigen manier!
Ouders mogen altijd aan de kant meekijken. Ze kunnen dan goed zien hoe het gaat. En stel dat het kind thuis niet zo lekker in zijn/haar vel zit en de zwemles verloopt niet zo goed? Dan kan dit meteen besproken worden.